Geen subsidie meer voor kelderherstel, gemeente ontzorgt keldereigenaren.
Keldereigenaren in het Utrechtse wervengebied kunnen vanaf 1 oktober 2025 geen subsidie meer aanvragen voor het herstel van hun werf-, kluis of straatkelders. Het college van B en W heeft de subsidieregeling vandaag ingetrokken om plaats te maken voor een nieuwe regeling voor het herstel van de eeuwenoude kelders in het wervengebied. In deze nieuwe regeling wordt de gemeente opdrachtgever voor het herstelwerk zodat keldereigenaren grotendeels worden ontzorgd.
Keldereigenaren kunnen nog tot en met 30 september 2025 subsidie vragen voor het herstel van hun kelders, op voorwaarde dat het herstel in 2025 begint. Gezien de tijd die het kost om een subsidie toe te kennen en het herstelwerk voor te bereiden, is het na 30 september niet meer haalbaar om nog in 2025 met de uitvoering te beginnen. De subsidieregeling blijft tot en met 2026 alleen van kracht om de lopende aanvragen en subsidies af te handelen.
De gemeente is in gesprek met eigenaren van ongeveer 180 kelders die subsidie hebben gevraagd voor herstel of van plan zijn dat voor 1 oktober nog te doen. Met deze eigenaren bespreekt de gemeente een-op-een wat de beste opties zijn. De gemeente kan per jaar ongeveer 35 kelders herstellen. De eigenaren die al tijd, geld en energie hebben gestoken in de voorbereiding van het herstel van hun kelders, worden de komende jaren als eerste geholpen. Daarna volgt de rest van het wervengebied in een planning van steeds een aantal kelders tegelijk met het werk aan de muren, werf, afwatering, kabels en leidingen. De gemeente maakt deze planning. Het werk aan de werf duurt nog tot 2050.
Ook in de nieuwe regeling betaalt de gemeente het leeuwendeel van de herstelkosten. De keldereigenaren betalen een eigen bijdrage die vooraf wordt vastgesteld en waarbij rekening wordt gehouden met de grootte van de kelder en de ingeschatte hoeveelheid herstelwerk. Bij het Utrechts Wervenfonds blijft een lening beschikbaar voor de financiering van de eigen bijdrage.